Angela de Jong: ‘Tv-makers spelen graag op zeker’

Wat hebben de NPO, RTL en Talpa in petto voor de kijker dit najaar? AD-mediacolumnist en tv-kenner Angela de Jong laat haar licht schijnen op het tv-aanbod.

Al het oude is weer nieuw. Dit najaar keren heel wat oude successen terug op televisie. Van Gooische vrouwen en Ranking the stars tot Medisch Centrum West en Te land, ter zee en in de lucht. Angela de Jong begrijpt waarom: “Tv-makers spelen graag op zeker en bekende titels appelleren bij kijkers aan nostalgische gevoelens.” Toch is een oude hit afstoffen is geen garantie voor succes. “Kijk maar naar die tenenkrommende comeback van Doet-ie ’t of doet-ie ’t niet, vorig seizoen. Sommige titels kun je beter in het verleden laten.”

Datingtelevisie

Van alle terugkerende kijkcijferkanonnen vermoedt Angela dat Te land, ter zee en in de lucht de meeste kans heeft opnieuw aan te slaan. “De kracht van het programma is dat je wil zien of deelnemers de overkant halen. Zeker als Ruben Nicolai en Gerard Joling de kandidaten de ruimte geven hun verhaal te vertellen. Je wil weten wat die vader en zoon drijft om weken in hun schuurtje aan het voertuig te bouwen. Als dat menselijke element erin zit, zouden er zomaar eens anderhalf miljoen mensen kunnen kijken. Het blijft koffiedik kijken, maar de terugblikreeks werd vorig jaar enorm goed bekeken, dus het genre leeft wel degelijk.”

Ook datingtelevisie is dit seizoen weer springlevend. Bewezen hits als Winter vol liefde, Boer zoekt vrouw en Lang leve de liefde keren terug en er is volop ruimte voor nieuwe formats. Alleen al bij KRO-NCRV maken twee formats hun debuut: Onderweg naar de liefde, waarin het draait om daten tijdens de vakantie en Welkom bij de familie. De Jong is fan van het genre: “Er is niks leuker dan kijken naar het ongemak van twee mensen die elkaar voor het eerst ontmoeten. Zeker wanneer je als kijker al direct aanvoelt dat ’t niks gaat worden. Maar juist daardoor ben je geneigd te blijven kijken. Je vraagt je toch steeds af: wat zou ik in die situatie doen?”

Het hele interview leest u in de Televizier van week 34. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Jef Willemsen

Marly van der Velden: ‘Alle zorg voor Nola’

Nina en Bing kregen tijdens de GTST-zomercliff hanger te horen dat hun dochter Nola aan leukemie lijdt. Actrice Marly van der Velden (Nina) blikt vooruit op een emotioneel zwaarbeladen seizoen mét lichtpuntjes.

Wat voor impact gaat Nola’s leukemie diagnose hebben?

“Nina laat de komende tijd al het werk vallen om er voor haar dochter te zijn. Het gaat voor spanningen zorgen tussen Nina en Bing die het lang niet altijd eens zijn over wat het beste voor Nola is… En daar heeft Nola zelf ook ideeën over. Sowieso krijgt het hele gezin te maken met de gevolgen van Nola’s ziekte. Daardoor krijgt Diyah Salem, Manu in de serie, een grotere rol. Hij zit alweer vier jaar in de serie en het is echt te gek dat we hem zien opgroeien, net als de drie jongetjes die Max spelen.”

Hoe hebben jullie je voorbereid?

“Noa heeft met artsen en ervaringsdeskundigen gesproken, maar er is niet echt een manier om je voor te bereiden. We praten veel met elkaar en de regisseurs om alles zo realistisch mogelijk in beeld te brengen. We doen vooral ons best de juiste balans te vinden. Naast alle superheftige momenten is het belangrijk om, waar mogelijk, wat lucht te creëren.”

Je hebt zelf drie kinderen, hoe lastig is het om te spelen dat je dochter ernstig ziek is?

“Mijn eerste gedachte bij deze verhaallijn was: oei, die emotie wil ik liever helemaal niet opzoeken. Het komt heel erg dichtbij en je hoopt dat het je bespaard blijft, want als ouder is dit je allergrootste angst. Aan de andere kant is het juist goed dat we het er over hebben, er zijn helaas maar weinig mensen die niet met kanker te maken krijgen.”

Het hele interview leest u in de Televizier van week 34. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Jef Willemsen

Frits Barend raakt niet uitgepraat over talkshows: ‘Laten we vooral blijven praten’

Het komende televisieseizoen staat in het teken van de talkshow met fonkelnieuwe praatprogramma’s. Volgens talkshowkenner Frits Barend een uiterst positieve ontwikkeling: ‘Er kan niet genoeg gepraat worden!’

Wie een schuin oog laat vallen op de najaarsprogrammering, kan concluderen dat de talkshow populairder dan ooit is. Alleen al op NPO 1 staan zeker drie nieuwe titels in de startblokken. En dat terwijl met gasten op televisie over de actualiteit praten tot midden jaren 90 praktisch ondenkbaar was. Frits Barend en Henk van Dorp kregen jarenlang nul op het rekest toen ze een dagelijkse latenighttalkshow voorstelden. “We werden voor gek verklaard in Hilversum”, weet Frits Barend nog. “Iedereen gaat om 22.00 uur naar bed, hoorden we dan. Terwijl het mij eigenlijk altijd volkomen logisch in de oren klonk. Er verschijnen iedere dag zes of zeven kranten, waarom zou er dan niet één programma kunnen zijn waarin over het nieuws gepraat wordt?”

Dubbeldekkerbus

In 1996 lukte het Barend en Van Dorp toch om een dagelijkse talkshow te maken rond het EK voetbal in Engeland: “Dat was een beetje op de bonnefooi. We hadden geen wedstrijdbeelden en ook geen persaccreditaties om de trainingen bij te wonen. Maar toenmalige bondscoach Guus Hiddink vond ons programma wel een leuk, rebels gegeven. Hij regelde dat we met onze dubbeldekkerbus in de tuin van het spelershotel mochten staan. Vanuit daar maakten we de uitzendingen en Guus zorgde wel dat er voetballers aanschoven.”

Dit tv-experiment was reden voor RTL om de mannen in 1998 groen licht te geven voor een dagelijkse sporttalkshow tijdens het WK voetbal in Frankrijk. Voor Villa BvD streek het duo met vaste sidekick Jan Mulder neer in het plaatsje Roquebrune waar ze wekenlang de dag afsloten met gasten, livemuziek en een uitgelaten publiek. Het succes ervan bracht andere tv-makers op een idee: “Tegenwoordig valt een sportevenement zonder napraatshow niet meer voor te stellen.”

Het hele interview leest u in de Televizier van week 34. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Jef Willemsen

Tooske: ‘Zimbabwe is een prachtige plek’

Deze zomer reist Televizier de wereld over met de sterren. Ditmaal doen we Zimbabwe aan, waar Tooske Ragas met haar gezin een bijzondere tijd beleefde, inclusief een onvergetelijke nacht met een olifant.

Zimbabwe

Als vakantiebestemming ligt Zimbabwe misschien niet direct voor de hand, toch heeft het Afrikaanse land veel te bieden. Vooral natuurliefhebbers komen er aan hun trekken: Zimbabwe is de uitgelezen plek voor mensen die ervan dromen de ‘Big five’ te zien: leeuwen, luipaarden, olifanten, buffels en luipaarden. In grote wildreservaten als Matobo National Park en Hwange National Park leiden deze diersoorten een beschermd bestaan. Daarnaast is een bezoek aan de imposante Victoriawatervallen een aanrader. Wie vervolgens toe is aan een actieve bezigheid kan naar hartenlust wildwatervaren op de Zambezi.

Tooske en Zimbabwe

In Ragas reist rond zochten Tooske, haar man Bastiaan Ragas en hun kinderen Nederlanders op die in het buitenland een nieuw leven zijn begonnen. Tooske koestert warme herinneringen aan Zimbabwe, waar ze logeerden bij de Groningse Annet, haar man Brent en hun huisdier: een olifant. Tooske bracht de nacht door in een tentje naast de goedaardige kolos en vond dat een unieke ervaring. Ook koestert ze warme herinneringen aan de mensen die ze in Zimbabwe heeft ontmoet: “Iedereen is zo onwaarschijnlijk vriendelijk. En ze kunnen tegen een geintje en maken ook geintjes. We hebben heel veel gelachen.”

Ragas reist rond

Tooske en Bastiaan maakten hun reisprogramma vooral om de blik van hun kinderen te verruimen, zo vertelde ze eerder: “Met alle sociale media heb je soms het idee dat iedereen ruziemaakt en dat de wereld niet deugt. Wij hebben juist ervaren dat het een prachtige plek is, vol met lieve, leuke mensen die gewoon een prettig leven willen leiden en anderen ook het beste gunnen. Ik vond het fijn dat we onze kinderen dat konden laten zien.”

Het hele interview leest u in de Televizier van week 32. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Jef Willemsen

Roxane Knetemann: ‘Wielrennen loopt altijd anders dan verwacht’

De ‘Tour de France Femmes’ start deze week in Rotterdam. Roxane Knetemann is namens de NOS-commentator bij deze Tour voor vrouwen. Haar verwachtingen zijn hoog. ‘Het Nederlandse vrouwenwielrennen is en blijft wereldtop.’

Hoe bereid je je voor op je werk als commentator van de Tour de France Femmes?

“Zo veel mogelijk wedstrijden kijken, dat is voor mij de beste voorbereiding. Ik volg daarom het vrouwenwielrennen het hele jaar op de voet, van de klassiekers tot de Vuelta, ook de wedstrijden die niet op de Nederlandse tv komen. Ik probeer tijdens het kijken wel zoveel mogelijk kennis op te slaan. Alles wat ik heb gezien, kan ik misschien later voor mijn commentaar gebruiken. Verder is het ook belangrijk dat ik het parcours goed ken. Maar: je kunt je nog zo goed voorbereiden, wielrennen loopt altijd anders dan je verwacht.”

De renners starten in Rotterdam en slechts drie ritten van deze Tour hebben een Franse startplaats. Wat vind je daarvan?

“Ik vind het wat gemakzuchtig om de vrouwen-Tour na twee edities al zo veel buiten Frankrijk te laten plaatsvinden. Wielerorganisatie ASO zegt dat dat is om de populariteit van het vrouwenwielrennen een boost te geven, maar hier in Nederland leeft deze sport al lang. Aan de andere kant moeten we wel trots zijn op deze primeur. Het is wél de eerste keer dat de vrouwentour niet in Frankrijk start. Ik heb de ritten ook al even bekeken en het zijn mooie etappes. De Nederlandse organisatoren verdienen een pluim.”

De afgelopen jaren wonnen de Nederlandse wielrensters bijna alle belangrijke wedstrijden. Dat is nu anders. Jammer?

“Zeker niet, het is eigenlijk ongezond als één land alle prijzen pakt. We moeten trouwens absoluut niet denken dat het Nederlandse vrouwenwielrennen wegzakt. Het is eerder zo dat vrouwen uit andere landen zich aan onze rensters hebben opgetrokken. De sport is daardoor veel breder geworden en dat is iets wat we met zijn allen moeten omarmen. Toch gaan we vlammen, want het Nederlandse wielrennen is en blijft wereldtop.”

Het hele interview leest u in de Televizier van week 32. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Richard Roosenboom

Wereldsterren: de bestemming van Edson da Graça

Deze zomer reist Televizier de wereld over met de sterren. Ditmaal is de halte Kaapverdië, waar de roots liggen van de in Amsterdam geboren presentator en komiek Edson da Graça.

Kaapverdië

Warme gastvrijheid in een mild klimaat: Kaapverdië is een bijzonder land voor de westkust van Afrika, met een rijke cultuur die wordt gekenmerkt door Portugese invloeden. Soundtrack van een bezoek aan de eilandengroep is de aanstekelijke coladeira, een ritmische muziekstijl die iedereen aan het dansen krijgt. Ook kan niemand om de morna heen, melancholische klanken die veel gemeen hebben met Portugese fado. Wie daarnaast graag de ongerepte natuur ervaart kan rondtrekken door uitgestrekte landschappen met vulkanische bergen.

Typisch Kaapverdisch

In gesprek met Het Parool gaf Edson een treffende omschrijving van de Kaapverdiaan: “We zijn een klein, gastvrij volk: supertrots maar zeker niet arrogant. We houden van een relaxte sfeer, van feestjes en niet te moeilijk doen.” Die houding is ook terug te vinden in de Kaapverdiaanse keuken, die volgens Edson niet echt geraffineerd is: “We zijn groot geworden met cachupa: een samenraapsel van allerlei soorten bonen, en dan een stoof van vlees of vis en spitskool. Vroeger vond ik het moeilijk om te eten, maar tegenwoordig vind ik het heerlijk.”

Edson en de geur van Kaapverdië

Edsons ouders zijn geboren en getogen Kaapverdiërs, zelf kwam hij ter wereld in Amsterdam. Toch zit de liefde voor het land in zijn bloed. In Trouw vertelde hij: “Mijn oudste herinnering is van Kaapverdië. Daar begint het voor mij. Ik denk dat ik een jaar of drie was. Als ik nu terugga, ruik ik zodra de vliegtuigdeur opengaat iets waardoor ik meteen denk: ik ben thuis. Die geur komt uit het zand daar, in combinatie met de hitte.”

Het hele interview leest u in de Televizier van week 31. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Jef Willemsen

Stortvloed aan goud

De Olympische Spelen in Parijs beloven onvergetelijk te worden, en bovendien zeer succesvol voor Nederland. Waar moet u de komende twee weken op letten?

Medaillerecord?

Houdt u vast: Nederland wint in Parijs maar liefst zeventien keer goud. Dat was althans een maand vóór de Spelen de prognose van het gerenommeerde databureau Gracenote. Daarmee zou ons land zelfs vierde worden op de medaillespiegel, een ongekend resultaat. De voorspelling lijkt optimistisch, al zal Nederland zeker op de wielerbaan en in de roeiboot de nodige (gouden) medailles binnenhengelen.

Femke-mania

De grootste Nederlandse ster op de Spelen is zonder twijfel Femke Bol. Het doodgewone buurmeisje uit Amersfoort rent al twee jaar iedereen eruit op de 400 meter, met of zonder horden. Ogen van miljoenen sportfans wereldwijd zijn donderdagavond 8 augustus om 21.25 uur gericht op de Parijse atletiekbaan. Dan loopt ‘onze’ Femke tegen haar grote Amerikaanse concurrent Sydney McLaughlin, die stiekem eigenlijk net wat sneller is. Spannend!

Wereldsterren

Vroeger was het bij atletiek uitzien naar vedetten als Carl Lewis en Usain Bolt, nu ontbreken de échte beroemdheden in die sport. Misschien vormt Armand Duplantis de uitzondering: de charismatische Zweed zweeft op eenzame hoogte in het polsstokhoogspringen. Andere sporten sturen meer grote namen naar Parijs. Zo komt het Amerikaanse basketbalteam met een sterrenensemble onder aanvoering van LeBron James. In het turnen is Simone Biles de publiekstrekker en 24-voudig grandslamkampioen Novak Djokovic hoopt Servië tennisgoud te bezorgen.

Het hele interview leest u in de Televizier van week 30. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Joost Hanewinkel

Topsport voor presentatoren

De Olympische Spelen zijn het hoogst haalbare op sportgebied. Dat geldt niet alleen voor sporters, kijkers en supporters, maar ook voor presentatoren Jeroen Stomphorst en Ghislaine Plag.

Jeroen Stomphorst en Ghislaine Plag doen vanuit Parijs verslag van de Olympische Spelen. Ze zijn tijdens het grootste sportevenement ter wereld te horen in RadiOlympia op NPO Radio 1. Een droom die uitkomt, vertelt Jeroen. “Tijdens mijn studie journalistiek had ik één ambitie: ik wilde ooit naar de Olympische Spelen. Ik werk al heel lang bij de NOS en nu wordt het eindelijk werkelijkheid. Het is niet alleen voor mij een hoogtepunt, ik denk dat het voor iedereen bij ons wel zo is.”

Adrenaline

Ghislaine Plag verruilde eind 2023 het KRO-NCRV-programma Spraakmakers voor de NOS en viel met haar neus in de boter. “Het is een heerlijk moment om in te stappen. Het is totaal anders dan wat ik deed, ik zit nu veel meer in het moment. Die andere dynamiek is wat ik wilde.”

Niet alleen de deelnemers aan de Spelen bedrijven absolute topsport, ook het radio maken is volgens Jeroen ‘onwijs intens’. “Het kost veel energie, maar het geeft ook heel veel energie terug. Tegenwoordig gebeuren er zoveel nare dingen die veel impact hebben, maar wat wij daar doen is alleen maar leuk. Ik ga me goed vermaken.” Ghislaine herkent het beeld dat haar collega schetst maar al te goed. “Na die vierenhalf uur radio maken ben ik moe, maar zit ik ook vol adrenaline. Ik ben om 14.00 uur klaar met het programma, dus hopelijk kan ik nog een keer middag- of avondwedstrijd bezoeken. Even de sfeer proeven, daar kan ik dan ook weer over vertellen op de radio.”

Het hele interview leest u in de Televizier van week 30. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Wouter Luijken

Smullen in Griekenland

Deze zomer reist Televizier de wereld over met de sterren. Ditmaal doen we Griekenland aan, waar Miljuschka Witzenhausen voor haar programmaDish is Europe’ genoot van de mensen én hun eetcultuur.

Griekenland

Griekenland is meer dan de drukte van metropool Athene of het toerisme op Kreta en Rhodos. De bakermat van de Westerse beschaving is zo divers dat iedereen zich er thuis kan voelen. Het land bestaat uit ruwweg 6000 eilanden, waarvan er zo’n 200 bewoond zijn. Van de Cycladen en de Dodekanesos tot de Ionische eilanden: stuk voor stuk gebieden met een eigen unieke cultuur, geschiedenis en landschappen, waardoor Griekenland blijft verrassen.

Miljuschka en Griekenland

Als liefhebber van eten en cultuur had Miljuschka de tijd van haar leven toen ze voor haar 24Kitchenreeks Dish is Europa naar Athene ging: “Het is een openluchtmuseum met zoveel lagen van tijd en cultuur. De mensen zijn onvergelijkbaar gastvrij en trots op hun eetcultuur. Ze zijn er net zo trots op als Italianen. Bijna alle gesprekken gaan over eten. En terecht, want het is fenomenaal: niet zwaar, vers en goed gekruid.”

Smullen op z’n Grieks

Miljuschka maakt er geen geheim van een zoetekauw te zijn: “Als ik aan eten denk, schieten er eerst altijd tien toetjes door mijn hoofd voordat ik aan iets hartigs denk”, gaf ze al eens toe in haar kookboek Lekker Miljuschka. In Griekenland werd ze op haar wenken bediend toen ze naast traditionele gerechten als souvlaki ook haar nieuwe lievelingsontbijt bougatsa leerde maken: Griekse puddingbroodjes met romige custardvulling in een krokant korstje van filodeeg.

Het hele interview leest u in de Televizier van week 30. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Jef Willemsen

Back to top