Informatief
05 december 2025
Fotocredit: Dinand van der Wal/AVROTROS

Ortál Vriend: ‘Renée en ik houden elkaar scherp’

In het nieuwe seizoen van Hunted vips probeert Ortál Vriend uit de greep van de hunters te blijven. Collega Renée Fokker is partner in crime van de Flikken Rotterdam-actrice

Hoe zijn Renée Fokker en jij een duo geworden in Hunted vips?

“We zijn goede vriendinnen en toen ik werd gevraagd om mee te doen, heb ik Renée voorgesteld als mijn partner. We kennen elkaar sinds 2019 toen we allebei in het schaatsprogramma De ijzersterkste zaten. Het klikte tussen ons op het feestje na de finale. We hebben het altijd gezellig samen, kunnen goed praten over ons vak, maar ook over privézaken. We zijn allebei recht voor zijn raap, wat niet voor iedereen in de acteerwereld geldt. Renée is een soort oudere mentor van mij, terwijl ik haar juist weer jong houd. Zo houden we elkaar scherp.”

Wat maakt een goed duo?

“Je moet op één lijn liggen met keuzes, niet steeds allebei iets totaal anders willen. Al zeg ik daar niet mee dat dat bij ons altijd het geval is. Het is vooral belangrijk dat je goed naar elkaar luistert, zeker als een van de twee de boel niet vertrouwt. En het is natuurlijk fijn als je het gezellig hebt. Hunted vips is wel een mega-avontuur dat je samen aangaat.”

Hoe heb je je voorbereid?

“Ik heb alle seizoenen teruggekeken en ondertussen een notitieblokje volgeschreven met do’s en don’ts. Vervolgens hebben Renée en ik veel vergaderd. Onder meer over wat voor voortvluchtigen we wilden zijn. Zo hebben we besloten om dat per moment en opdracht te bekijken. Voor het onder de radar blijven bleek het belangrijk om creatief met vervoer om te gaan. We hebben vaak van voertuig gewisseld, ons in oude auto’s, te voet en per boot verplaatst. Je moet blijven reizen, omdat je nooit weet waar de hunters zijn. Dat maakt het superspannend.”

Het hele interview leest u in de Televizier van week 5. Deze editie ligt nu in de winkel. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Jeroen Mascini.

Back to top