Na Nederland en Zwitserland varen Janny van der Heijden en André van Duin in ‘Denkend aan Vlaanderen’ door België. Voor Janny was het een feest der herkenning. En vooral culinair genieten.
In de zomerperiode varen André van Duin en Janny van der Heijden samen met hondje Nhaan door Nederland in Denkend aan Holland. De afgelopen jaren maakten ze ook een winterse versie: begin 2022 voeren ze langs de Friese elf steden; eind 2023 was er Denkend aan Zwitserland en nu gaan ze in Denkend aan Vlaanderen dus naar België.
“Het leek ons leuk nog een winterserie te doen. Alleen is André niet zo dol op kou, dus een wintersportbestemming viel af”, vertelt Janny daarover. “Portugal of Spanje kwamen ter sprake. Toen zei André: ‘Laten we dicht bij huis blijven; we doen Vlaanderen.’ Ik zei: ‘Daar is het in de winter ook koud hoor.’”
Ze spreekt uit ervaring: Janny woonde twee jaar in België en deed in Antwerpen een antiquairsopleiding. “Ik heb iets met het land, en zeker met die stad. Ik hou van de Vlamingen. We waren tot de afscheiding van België in 1830 eeuwenlang landgenoten. Maar er is ook een groot cultuurverschil; de gemiddelde Vlaming vindt Nederlanders veel te direct. Vlamingen zijn rustiger en ze hebben een groot respect voor hun culinair erfgoed, dat spreekt mij enorm aan. Net als hun liefde voor kunst en tradities.” De eerste aanlegplaats was Antwerpen. “Voor mij een feest der herkenning. We hebben in een kasteel net buiten de stad gedanst in antieke kostuums. Ik vond het enig, André wat minder.”
De vriendelijkheid van de Vlamingen verraste haar elke keer weer. “Iets wat ik wist, maar was vergeten. Ze namen alle tijd voor ons. Het was ongelooflijk om te zien hoe populair André daar is. Daarover was hij zelf ook verbaasd. Hij vertegenwoordigt voor velen een stukje televisiegeschiedenis en werd vaak aangesproken. ‘We keken elke zaterdagavond naar u’, zeiden mensen. Sommigen kenden de liedjes van toen nog uit hun hoofd. Hij is echt een icoon.”
Tekst: Bram de Graaf